Groenbemesters, robots en middelenafspoeling stonden op het programma van de jaarlijkse demodag Akkerbouw van Hoogland BV op maandag 20 oktober. Een programma dat ruim 70 akkerbouwers naar Munnekezijl lokte.
‘Groenbemesters zijn geen nagerecht maar een voorgerecht’, hield Tako van den Hul van DSV de bezoekers van de demodag voor.
De maatschap van Jan en Trienke Riemersma verzorgt, in samenwerking met Hoogland BV, een proefveld met onder andere verschillende groenbemesters van DSV Zaden. De zaadveredelaar zoekt uit hoe groenbemesters het doen op de kleigrond. ‘Telers zien groenbemesters als het nagerecht van de voorafgaande teelt. Maar het is juist het voorgerecht voor de volgende teelt’, prijst Tako van den Hul van DSV het gebruik van groenbemesters aan. Dat gaat verder dan alleen maar het verhogen van organische stof. ‘Ze verbeteren de veerkracht van de bodem en de wortels houden voedingsstoffen vast voor de volgende teelt.’
De AgXeed kan zelfs autonoom wentelploegen
Bodem zoveel mogelijk bedekt houden
Groenbemesters beperken ook de uitspoeling van meststoffen. Van den Hul licht dat toe op basis van het meerjarig onderzoek Catchy van DSV. ‘De groenbemesters vormen kluitjes rond de wortels waarmee ze ionen vasthouden. Dat vermindert de uitspoeling van nutriënten tot wel 80 procent.’ Verhogen van de biodiversiteit speelt niet alleen bovengronds, maar zeker ook voor het bodemleven. Groenbemesters beschermen het bodemleven bovendien bij hitte en kou door de bodem bedekt te houden. Vlinderbloemigen, in monocultuur en mengsels, vangen stikstof uit de lucht voor de volgende teelt.
Van den Hul adviseert de bodem zoveel mogelijk bedekt te houden. ‘Zoals biologische telers snel na de oogst weer zaaien. Op een kale bodem spoelen meer nutriënten uit.’ Voor het Noordelijke zeekleigebied geldt wel dat in de regel het land voor de winter wordt geploegd. ‘Dat begrijp ik ook wel.Vorst doet mooie dingen voor de bodemstructuur van klei.’ Op basis van het negenjarig Catchy-onderzoek heeft DSV rassen van verschillende gewassen geselecteerd voor gebruik als groenbemester. Die worden als monocultuur gebruikt en het zaadbedrijf levert mengsels onder de noemer TerraLife, zoals TerraLife BetaSola voor bouwplannen met veel bieten een aardappelen.
TerraLife Coolseason is vooral geschikt voor laat zaaien en blijft ook in de winter groen. ‘Kies voor een mengsel, tenzij je problemen hebt met aaltjes’, adviseert Van den Hul. Het valt op dat de bladrammenas in de proef al bijna rijp zaad in de peulen heeft. ‘Voor het inzaaien is hier 40 kilo stikstof gegeven’, reageert Van den Hul. ‘In de praktijk ontbreekt de bemestingsruimte vaak en zonder stikstofgift komt bladrammenas vaak niet in bloei, maar dat is in feite beter. Als de groenbemester in de vegetatieve staat blijft, gaat alle energie naar het blad. In de generatieve staat gaat de energie naar de zaadvorming en dat wil je eigenlijk niet.’
Een flink uit de kluiten gewassen ‘muis zonder staart’. De Cam-Bot waakt in het veld over de plantgezondheid.
Autonoom klepelen met de AgXeed
Voor de volgende stap bij groenbemesters, het onderwerken, heeft Hoogland BV een autonome trekker laten aanrukken. De AgXeed T2-rupsvariant, waarmee Van der Maar Mechanisatie naar de demomiddag komt, kan veldwerkzaamheden zelfstandig uitvoeren. Met een aftakas en standaard driepuntshefinrichting kunnen standaard werktuigen aan deze veldrobot worden gekoppeld. Een 156 pk Deutz-motor vormt de energiebron. Vervolgens worden de rupsbanden en de aftakas elektrisch aangedreven. Een hydraulische pomp verzorgt het gebruik van de hefinrichtingen.
De te verwerken percelen worden met een app ingemeten, gps met RTK-correctie zorgt voor de precisieaansturing. Voordeel van deze versie van de AgXeed zijn de 76 centimeter brede rupsbanden. Ondanks het gewicht van 7,8 ton – zonder machines – is de bodemdruk van 0,4 bar zeer laag. ‘Waarom rijdt ie eigenlijk achteruit’, luidt de vraag. ‘Omdat de AgXeed alleen een aftakas aan de achterkant heeft zitten’, reageert Niels Kruizenga van Van der Maar. ‘AgXeed presenteert op de Agritechnica de nieuwste versie. Die heeft een 230 pk motor en een aftakas voor en achter. Bij nog bredere rupsen om de bodemdruk gelijk te houden’, verklapt Kruizenga. Wereldwijd draaien er al ruim honderd autonome trekkers van de Nederlandse fabrikant AgXeed in verschillende uitvoeringen, ook als vier- en driewieler. In Noord-Nederland rijdt deze autonome robot nog niet. ‘Er was tot voor kort niet een dealer’, verklaart Kruizenga. Hij zegt al veelbelovende gesprekken te voeren. ‘De nieuwe, zwaardere versie is voor dit gebied ook geschikter.’
‘HET KAN DUS BEST DAT DE BUURMAN BELT OMDAT DIE ’S NACHTS ALLEMAAL BLAUWE LICHTFLITSEN IN JE AARDAPPELEN ZIET’
AGXeed kan ook al ploegen
De AgXeed is vooral geschikt voor standaardwerk, denkt de Van der Maar-medewerker. ‘Ruggen frezen, eggen, spitten en klepelen bijvoorbeeld. De machine doet dat 24 uur per dag. Ploegen kan, zelfs met een wentelploeg, maar ik verwacht dat akkerbouwers dat vooral zelf blijven doen.’ Na inmeten gaat het verder simpel. De AgXeed op een hoek van het perceel aanzetten en de boer krijgt een seintje als de robot klaar is. De prijs is ruwweg € 300.000. ‘Het moet de akkerbouwer en de percelen passen.’Voordeel is dat de machine ook informatie verzamelt. ‘De AgXeed houdt meer dan honderd parameters bij.’ Waar mogelijk kan de AgXeed ook informatie en aansturing uitwisselen met de gekoppelde machines. Dus ook bij storing daarvan krijgt de akkerbouwer een melding.
Klepelen of frezen van groenbemesters
De AgXeed klepelt er lustig op los tijdens de demodag. Van den Hul van DSV is daar iets minder gelukkig mee. Niet met autonoom werken, maar met klepelen. ‘Dat slaat de groenbemester te veel kapot, waardoor je verliezen van voedingsstoffen hebt’, zegt de teeltadviseur. Christiaan Zutt van Vlaming Agri onderschrijft de bevinding van Van den Hul. ‘Met klepelen sla je de groenbemester tot moes. Het sap wat daarbij vrijkomt lekt weer weg.’ De biofrees die zijn bedrijf op de markt brengt, de Concept Agri SFB BioMulch, is een goed alternatief, stelt Zutt.De Italiaanse biofrees is in stappen verbeterd door de praktijkervaringen van Vlaming Agri. Zo liepen de grote gehaakte freesbladen eerst onderlangs maar nu beter werkend bovenover. Aankleven van vette klei bijvoorbeeld is verholpen met een slijtplaat.
De AgXeed is vooral geschikt voor standaardwerk, zoals groenbemester onderwerken, ruggen frezen, eggen, spitten en klepelen. Ploegen kan ook.
Het is daarmee een machine gericht op de Nederlandse omstandigheden. De biofrees werkt ondiep, verhakselt de gewasresten grof en verwerkt die boven in de teeltlaag. De machine wordt voor verschillende doeleinden gebruikt. Als alternatief voor het klepelen van groenbemesters, is vooral in Noord-Nederland een mogelijke inzet. De machine levert ook goed werk bij valse zaaibedden. In de groenteteelt maakt de machine opgang om groenteresten te verhakselen en ondiep door de grond te mengen. Tulpentelers experimenteren met de biofrees – als alternatief voor Roundup – voor het wegkrijgen van de grasmat.
Een muis zonder staart
Een ‘flink uit de kluiten gewassen muis zonder staart’ was ook te zien op de akkerbouwdag van Hoogland BV. Deze ‘muis’ schuift tussen de aardappelruggen door om van onder foto’s te nemen van de planten. Die foto’s moeten de teler meer informatie geven over de gezondheid van de planten. De robot meet bij elke plant hoe goed de fotosynthese werkt. Dat gebeurt door bij de plant in rust na een flits blauw licht. Dat prikkelt de plant om de fotosynthese aan te zetten. De dan gemaakte foto’s geven een indicatie van hoe goed de fotosynthese werkt. Analyse van de foto geeft vaak al aan wat er mis is met de plant, virusziekten of stengelrot bijvoorbeeld.
Luizen tellen met de Cam-Bot
De Cam-Bot telt ook het aantal luizen op de planten. Het is het bedrijf RapAgra dat werkt aan deze robot. RapAgra inventariseert al de plantgezondheid en biomassaontwikkeling van achttien verschillen gewassen met behulp van bodem-, satelliet- en meteorologische gegevens. Op basis daarvan geeft de app akkerbouwers adviezen voor bemesting, gewasbescherming en beregening. RapAgra werkt bij de app met blokken van 10 bij 10 meter, vertelt Ronald de Bruijn van het bedrijf. Met de Cam-Bot wil het bedrijf ook op plantniveau gegevens binnenhalen. De RapAgra-app geeft aan de ‘scouting-robot’ door wat de achterblijvende plekken in een perceel zijn. De accu-aangedreven robot rijdt vervolgens zelfstandig naar die plekken voor nadere analyse. Dat moet wel in het donker, omdat alleen dan de plant in rust is. ‘Het kan dus best zijn dat de buurman belt omdat die ’s nachts allemaal blauwe lichtflitsen in je aardappelen ziet’, waarschuwt De Bruijn.
Van onderen kijken
RapAgra werkt nog aan de ontwikkeling van de Cam- Bot. Het prototype krijgt bijvoorbeeld nog andere wielen. Ook aan de analyse van de foto’s en andere gegevens wordt nog volop gewerkt. Volgende stap is om tot praktische toepassingen te komen. Het grote voordeel gaat zijn dat de robot, in tegenstelling tot andere tools, van onder het gewas naar de onderste bladen kijkt en daardoor betere informatie binnenhaalt, verwacht De Bruijn.
Robot selecteert pootgoed beter en sneller
De Croptiscan neemt pootgoed selecteren over van het menselijk ook en markeert zieke planten bij een snelheid van 5 kilometer per uur. Foto: Croptimal
Een robot die pootgoed in het veld selecteert is zo goed als praktijkrijp. Dat bleek bij de presentatie van het systeem Croptiscan op de Demodag Akkerbouw in Munnekezijl. Dat het om een robot gaat, wekt wellicht ietwat een verkeerde indruk. De Croptiscan vindt vooralsnog alleen zieke planten. Die worden gemarkeerd en daarna is het nog aan de telers zelf om de planten te verwijderen. ‘Liefst wel zo snel mogelijk’, adviseert CEO Jeroen Wolters van Croptimal, het bedrijf dat het systeem ontwikkelt. ‘Het gaat erom dat de ziektes zich niet verder verspreiden.’ De camera’s van de Croptiscan nemen foto’s van de planten. Met AI – kunstmatige intelligentie dus – heeft het systeem geleerd zieke planten te herkennen. Dat werkt door het scannen en beoordelen van meerdere bladeren per plant op basis van kleur, vlekjes en vormafwijkingen. Daarbij onderscheidt het systeem alle bekende ziekten waarop geselecteerd wordt in de pootgoedteelt. De score van de camera’s ligt boven die van selectie met het menselijk oog. De robot vindt meer dan 80 procent van de afwijkende planten. Selecteurs komen gewoonlijk tot 50, maximaal 60 procent. Ook werkt de Croptiscan al goed in jong blad, zodat in een vroeg stadium al zieke planten gevonden worden en verspreiding eerder wordt afgeremd. ‘Het is natuurlijk een discussiepunt of 80 procent voldoende is, maar we zijn nog in ontwikkeling’, reageert Wolters. ‘We gaan al richting 90 procent en daar komen we soms ook boven. We werken nu samen met zes akkerbouwers om komend seizoen de algoritmes verder te verbeteren.’ De camera’s nemen een foto van de bovenste 25 centimeter bladen. Door een puls licht te geven, gaat het om haarscherpe foto’s. De analyse van het blad wordt gedaan door een door Croptimal zelf ontwikkeld algoritme.‘Kijkt het systeem ook naar de stand van de plant, sommige virusinfectie herken ik daar juist aan’, luidt een vraag van een aanwezige teler. ‘Het blad geeft voldoende informatie en deze zijn goed te fotograferen’, reageert Wolters. Een volgende stap is om in meerdere rassen te selecteren. De Croptiscan is begonnen in Fontane. ‘Ondertussen hebben we werkende algoritmes voor zeven rassen.’ Met foto’s van jonge besmette planten leert Croptimal de robot ook om ziekten in een steeds vroeger groeistadium te herkennen.De Croptiscan markeert een zieke plant met een gele vloeistof. Het is aan de telers zelf om de zieke plant te verwijderen. Al kan de machine ook zo ingesteld worden dat die stopt zodat de chauffeur dat zelf kan doen. Want vooralsnog werkt de Croptiscan niet autonoom of met een robot die de planten weghaalt. ‘Bij die technieken ligt niet onze expertise, maar wellicht zijn er in de toekomst partijen die onze techniek gebruiken om dat wel te realiseren.’ Het gemis aan die twee stappen maakt de belangstelling er niet minder om. Je ziet de telers nadenken over toepassen van deze techniek. De vraag over wat dat kost volgt dan ook al gauw. Wolters is helder: € 245.000 plus licentie van € 8.000 per jaar. Dan gaat het om de uitvoering van negen meter breed die twaalf rijen pootaardappels scant bij een snelheid van 5 kilometer per uur. Er kraken wat hersenen. Wat betekent dit voor de arbeidskosten? ‘Maar dat is niet het enige’, maakt Wolters de rekensom nog ingewikkelder. ‘Het gaat er ook om dat je eerder en beter zieke planten uit het veld haalt. Waardoor de partij het volgende jaar weer schoner begint. Zeker bij PB1 tot 3 teelt geeft dat veel winst. Vergeet ook niet dat de meeste selecteurs ouder dan 50 zijn, die willen ook wel eens met pensioen.’ Croptimal biedt ook andere opties zoals een machine voor vier rijen of om voor € 35.000 in 2026 alles voor het gebruik voor te bereiden om de machine voor gebruik in 2027 met korting te kopen.
Deze website gebruikt cookies. Je kunt het gebruik van sommige cookies uitschakelen via de instellingen knop. InstellingenOK
Privacy & Cookies Policy
Privacy Overview
This website uses cookies to improve your experience while you navigate through the website. Out of these cookies, the cookies that are categorized as necessary are stored on your browser as they are essential for the working of basic functionalities of the website. We also use third-party cookies that help us analyze and understand how you use this website. These cookies will be stored in your browser only with your consent. You also have the option to opt-out of these cookies. But opting out of some of these cookies may have an effect on your browsing experience.
Necessary cookies are absolutely essential for the website to function properly. This category only includes cookies that ensures basic functionalities and security features of the website. These cookies do not store any personal information.
Any cookies that may not be particularly necessary for the website to function and is used specifically to collect user personal data via analytics, ads, other embedded contents are termed as non-necessary cookies. It is mandatory to procure user consent prior to running these cookies on your website.